Klimaatsignaal ’21: hoe staat het ervoor met het klimaat in Nederland?


26 oktober 2021

Het KNMI rapporteert hoe het klimaat in Nederland steeds sneller verandert. De nieuwste inzichten over het veranderende Nederlandse klimaat zijn 25 oktober gepubliceerd in het KNMI Klimaatsignaal’21. Het is gebaseerd op het laatste IPCC rapport - dat in augustus 2021 is verschenen - en eigen onderzoek van het KNMI. Een stijgende zeespiegel, een toename van droge lentes en zomers en meer extreme zomerse buien vormen de klimaatrisico’s voor Nederland. Met dit rapport wordt de urgentie van de zich snel voltrekkende klimaatverandering duidelijk.

Zeespiegelstijging

De toekomstscenario’s laten een grotere zeespiegelstijging zien dan voorheen. Als we de uitstoot van broeikasgassen niet verminderen kan de zeespiegel voor de Nederlandse kust rond 2100 met 1,2 meter stijgen ten opzichte van begin deze eeuw. Als het smelten van de Antarctische IJskap op de Zuidpool versnelt, komt zelfs de 2 meter zeespiegelstijging in 2100 in zicht. In 2014 berekende het KNMI dat in 2100 de grens 1 meter zou zijn. De berekende zeespiegelstijging is nu dus naar boven bijgesteld.

Op de lange termijn wordt het verschil in zeespiegelstijging tussen niets doen aan de uitstoot van broeikasgassen en het voldoen aan het Klimaatakkoord van Parijs zeer groot. In 2300 kan dit verschil al oplopen tot vele meters.

Extremere zomerbuien

Daarnaast blijkt uit het nieuwe onderzoek dat de zwaarste zomerbuien extremer worden, waarbij ook de kans op valwinden toeneemt. Naast de extreme buien kent de Nederlandse zomer ook een ander gezicht: dat van droogte. De kans op droge lentes en zomers is groter geworden. In het binnenland komt deze toename door klimaatverandering. Ons klimaat schuift steeds meer richting het klimaat van Zuid-Europa op.

Langdurige droogte of hitte

De sterkere opwarming van het noordpoolgebied speelt mogelijk een rol in de grotere kans op langdurige droogte of hitte. We kunnen namelijk langer met hetzelfde weertype te maken krijgen doordat de straalstroom (baan met hoge windsnelheden op circa 10 kilometer hoogte) mogelijk zwakker wordt door een afname van het temperatuurverschil tussen pool en tropen. Hoe trager de straalstroom meandert, hoe groter de kans dat hetzelfde weerbeeld langer blijft bestaan.

Rivieren

’s Zomers neemt de kans op laagwater in de rivieren toe, terwijl in de winter juist de kans op hoogwater toeneemt.

Orkanen en stormen

Orkanen die bij Bonaire, St Eustatius en Saba, de zogeheten BES-eilanden, voorkomen, nemen in kracht toe met gemiddeld meer neerslag. Orkanen hebben niet alleen invloed op Caribisch Nederland, maar kunnen dat ook hebben op Europa. Dit is al een keer gebeurd met orkaan Ophelia in 2017. Restanten van tropische orkanen kunnen ook de Noordzee bereiken en gaan gepaard met veel wind en neerslag.

Het aantal stormen op de Noordzee neemt niet toe. Het nieuwe onderzoek laat geen toename zien van de windsterkte op de Noordzee en de daarmee gepaard gaande stormvloeden.

Stedelijk klimaat

Steden zijn meestal warmer dan de landelijke omgeving. Door de opwarming van de aarde wordt het ook in steden nog warmer. Daarnaast vormen extreme neerslag en droogte een steeds grotere uitdaging voor de stad.

IPCC en KNMI-klimaatscenario’s

Het KNMI brengt om de circa zeven jaar nieuwe klimaatscenarios uit. De volgende publicatie wordt medio 2023 verwacht. Met het Klimaatsignaal’21 geeft het KNMI een tussentijdse stand van zaken.

Het Klimaatsignaal’21 is gebaseerd op het zesde rapport van het IPCC, het klimaatpanel van de Verenigde Naties, dat in augustus is verschenen. In het rapport is deze kennis aangevuld met waarnemingen en onderzoek van het KNMI.

Het IPCC heeft deze zomer vastgesteld dat de opwarming van de aarde door de mens is veroorzaakt. Ook concludeerde het klimaatpanel dat met de huidige uitstoot van broeikasgassen de atmosfeer over 10 jaar al zoveel broeikassen bevat dat de 1,5 °C grens waarschijnlijk permanent overschreden wordt.

Lees meer op de website van het KNMI.

Compilatiefoto met links de Maas tijdens hoogwater en rechts de Aa tijdens droogte.