Dat de 500e waterles van natuurcentrum Het Groene Pad in Rosmalen een hele mooie prestatie is, staat als een paal boven water! Als waterschap zijn we daar heel blij mee, want ook wat waterbewustzijn betreft is ‘jong geleerd, oud gedaan’! Reden dus om deze mijlpaal te vieren. De eer om deze feestelijke les te openen was aan de kleuters van basisschool De Duizendpoot in ’s-Hertogenbosch. Dat gebeurde met een wedstrijd bellenblazen waarbij ze werden aangemoedigd door onze Aa en Maas-kikker Kiek die erg in de smaak viel bij de leerlingen van groep 1-2. Daarna gingen de kleuters in kleine groepjes uiteen voor de reguliere waterles.
Zelf onderzoeken, ontdekken en beleven
Welke waterdieren leven er in de sloot? Hoe bepaal je de waterkwaliteit ervan? Waar gaat het water naartoe dat we thuis gebruikt hebben en hoe maken we het weer schoon. Door middel van leuke opdrachten binnen en buiten krijgen basisschoolleerlingen antwoord op de vele vragen over water. Coördinator Kitty Broekman geeft aan: “De lessen zijn afgestemd op het niveau van de verschillende basisschoolgroepen. Zo hebben we het in de bovenbouw ook over de taken van het waterschap, maar is dat voor de onderbouw nog een brug te ver. In de lessen staat vooral het zelf onderzoeken, ontdekken en beleven voorop. Het is heel belangrijk dat leerlingen leren door te ervaren, want zo raken ze meer betrokken bij hun leefomgeving en willen ze er sneller voor zorgen.”
Het belang van water
Natuurcentrum Het Groene Pad geeft met een bijdrage van ons waterschap waterlessen aan basisschoolleerlingen in en rondom ’s-Hertogenbosch. “We zijn heel blij met deze bijdrage,” geeft Kitty Broekman aan. “We dragen er graag aan bij dat kinderen leren wat het belang is van (schoon) water en welke rol zij daar zelf in kunnen spelen. De meeste scholen komen naar ons toe om hier in het groen te leren over water. Doordat we gebruik kunnen maken van de locatie van Hof Eyghentijds, gerund door de familie Wagenberg, hebben we de mogelijkheid om deze waterlessen goed uit te voeren. Maar lukt het een school niet om vervoer hierheen te regelen, dan nemen we allerlei middelen en materialen mee en gaan we naar de school toe. Zo kunnen we veel leerlingen bereiken.”