‘Ik voorzie een natuurlijke toekomst voor de Lage Raam’
De Lage Raam wordt een meer natuurlijke beek. Waterschap Aa en Maas gaat daarvoor zorgen. Het robuuste watersysteem is tegelijkertijd gunstig voor de aanliggende landbouwgronden. Daarmee spelen we in op peilschommelingen door de klimaatverandering: we willen water vasthouden bij droogte en niet te veel water herbergen bij flinke buien. Bovendien willen we dat mensen de Lage Raam gaan ‘beleven’, zodat iedereen kan genieten van het water en de natuur. We spreken erover met aanwonende Tijn van Summeren.
Foto: 'Tijn van Summeren uitkijkend over het projectgebied’
De Lage Raam ligt in de Verborgen Raamvallei. Grofweg tussen Cuijk, Grave en Mill. Er is veel overleg gevoerd met belanghebbenden en komend voorjaar kan begonnen worden met het echte werk in het eerste deelgebied: in de hoek van de Beerseweg en de Achterdijk in Mill. Een traject van zo’n 250 meter lengte.
In dit gedeelte komen natuurlijke elementen langs de beek om zo een moerasbeek te realiseren. Er komt een amfibieënpoel en ook wordt de bovenste laag landbouwgrond verwijderd. Hierdoor vermindert de uitspoeling van stikstof en fosfaat naar de poel. Er wordt bloemrijk grasland aangelegd, belangrijk voor vlinders, bijen en andere insecten. Op het hoger gelegen gedeelte langs de beek worden onder meer zwarte els, berk en zomereik geplant. Dit bosje bevordert de verblijfs- en trekmogelijkheden voor onder meer de das.
‘Voorbeeldproject’
Tijn van Summeren is melkveehouder aan de Achterdijk in Mill. Zijn onderneming telt 110 melkkoeien en 65 stuks jongvee. Er is 55 hectare gras- en bouwland. De Millenaar is nauw betrokken geweest bij de totstandkoming van het projectplan. “Op zichzelf is mijn belang erin niet zo groot”, begint hij. “Maar ik begrijp het belang van de grotere waterberging en dat daarvoor percelen uitgeleegd moeten worden. In mijn geval gaat het om een perceel van bijna een halve hectare, westelijk van de Beerseweg, zo’n honderd meter langs de Lage Raam. Zo pal aan het water is dit niet bepaald het perceel met de hoogste productiviteit. En dus wilde ik wel meewerken om er een voorbeeldproject van te maken.”
“We hebben goed samengewerkt met Waterschap Aa en Maas en met Brabants Landschap. Er moest wel veel overwonnen worden. Al snel werd duidelijk dat het onderhoud het grootste onderhandelingspunt zou worden. Op zeker moment vonden we elkaar daarin.”
Natuurbeheer, maar dan anders
“Ik ben heel tevreden met de uiteindelijke plannen. Door mee te doen wil ik aantonen dat natuurbeheer ook anders kan dan in het recente verleden gebeurde. Agrariërs hebben daar minder goede ervaringen mee. Waarom? Toen werd er vaak natuur aangelegd zonder enige vorm van onderhoud achteraf. Dat ontaardt op zeker moment in ál te veel wildernis en dat is ook niet direct wat we willen. Maar in de tegenwoordige samenwerking is er gelukkig veel beter overleg over dit soort zaken.”
Overigens heeft Van Summeren de grond in eigendom gehouden. “Hij is afgewaardeerd naar natuurgrond en ik houd er dus zeggenschap over. Ik ga ‘m ook zelf onderhouden. Het wordt ‘gecontroleerde natuur’, zeg maar, en bij tijden mogen er zelfs een paar koeien op grazen. De begroeiing ter hoogte van de kruising blijft laag, voor de verkeersveiligheid. Overleg zal gewenst blijven, maar ik voorzie een natuurlijke toekomst voor de Lage Raam.”
Deel deze informatie
Overleg zal gewenst blijven, maar ik voorzie een natuurlijke toekomst voor de Lage Raam.