Meest gestelde vragen over maaien
Op deze pagina vind je de meest gestelde vragen over maaien. Deze informatie hoort bij een informatiepagina. Wil je meer over dit onderwerp weten?
We maaien zo vaak als dit nodig is om het peilbeheer goed mogelijk te maken en om aan de norm van waterafvoer te voldoen. Mits de afvoer niet in de knel komt laten we dan een deel van de begroeiing staan, bijvoorbeeld de baard of een talud. Dit om de flora en fauna te sparen en daarmee bij te dragen aan onze waterkwaliteitsdoelen. Onnodig vaak maaien geeft ook extra kosten en overlast voor de grondeigenaren bij wie we over de percelen moeten rijden.
Waarom en hoe vaak we maaien kun je lezen in het Beheerplan Watersysteem, dit vind je op deze pagina bij de downloads.
Als er veel ruimte is in het profiel van een sloot dan is éénmaal per jaar maaien meestal voldoende. De meeste waterlopen onderhouden we echter twee keer per jaar en soms nog vaker. We hebben in het Beheerplan Watersysteem het maaionderhoud uitgewerkt in een aantal onderhoudspakketten. Welk onderhoudspakket bij jou van toepassing is staat in het beheerplan. We kunnen afwijken van het geplande onderhoud als de actuele begroeiing in een sloot daar aanleiding toe geeft.
De werkpaden naast een sloot die in eigendom zijn van het waterschap worden meestal twee keer per jaar gemaaid: in de zomer en in het najaar. Dit zodat de aannemer bij het uitvoeren van het slootonderhoud voldoende zicht heeft op het werkpad.
Eigenaren van gronden die in de (vijf meter brede) beschermingszone liggen hebben ontvangstplicht voor het maaisel. Het waterschap verdeelt het maaisel zo evenredig mogelijk. Bij sloten met een breedte tot 6 meter leggen we het maaisel in oneven jaren links en in even jaren rechts neer (stroomafwaarts gezien). Bij bredere sloten leggen we het maaisel aan beide zijden.
Op de maaikaarten kun je de grove planning zien. De aannemer maakt aan het eind van elke week een detailplanning voor de volgende week. Wil je meer weten over de detailplanning, neem dan contact op met de aannemer.
Afspraken hierover kun je rechtstreeks met onze aannemer maken. De kosten voor het afvoeren van het maaisel zijn voor eigen rekening.
Binnen het project Toekomstbestendig Onderhoud kun je samen met je buren en ons hier afspraken over maken.
Als de aannemer schade rijdt, moet hij contact met de grondeigenaar opnemen. Gewasschade op jouw eigendom dient de aannemer te vergoeden. Je kunt de aannemer ook zelf bellen, de contactgegevens staan op deze pagina. Mocht de aannemer de schade niet adequaat afhandelen, dan kun je contact opnemen met de directievoerder van het waterschap in jouw district.
Dit kun je melden bij de directievoerder van het waterschap in jouw district. De aannemer mag geen beschadigingen aanbrengen aan taluds en bodems. Wij hebben aannemers hier in voorkomende gevallen op gewezen.