Zorg om bever, dijk & sloot
De bever, hij is terug van weggeweest. Natuurlijk verwelkomen wij dit beschermde dier, maar we maken ons ook zorgen om zijn graverij in dijk en sloot. Als we alleen maar toekijken betekent dit: een kwetsbare dijk, slootranden die kunnen verzakken en een verstoord waterpeil door beverdammen. Lastig! De vraag is, hoe kunnen we tóch in harmonie en veilig met de bever samenleven? Want dat is wat we willen. We staan voor een flinke uitdaging.
Achtergrondinformatie
Waarom zijn er zoveel bevers in Nederland?
Een eeuw geleden waren de bevers uitgeroeid vanwege hun pels en vlees. Maar van nature horen ze hier thuis en spelen ze een belangrijke rol in het herstel van de natuur. Om die reden zijn ze in 1988 uitgezet, in de Biesbosch. Naar schatting leven er nu zo’n 6000 bevers in Nederland.
Via de grote rivieren zijn de gravers en knagers begonnen aan een herkolonisatie van ons land. De eerste jaren gebeurde dat vrij onopvallend. Maar met de toename van het aantal bevers neemt ook de omvang toe van hun leefgebied. En in ons dichtbevolkte land waarin elke vierkante meter een bestemming heeft, kan dat tot problemen leiden. Een vergelijkbaar verhaal gaat ook op voor de das en zijn leefgebied. Hierover lees je meer op deze pagina over dassen op onze website.
Waar leeft de bever?
In de eerste jaren, na uitzetting in de Biesbosch, leefden de bevers vooral langs de grote rivieren, zo ook langs de Maas. Maar sinds een paar jaar trekken ze, via alle wateren die in verbinding staan met de Maas, steeds verder ons gebied in. Je vindt ze nu ook in het Drongelens Kanaal, de Dieze, de Dommel, de Aa, Hertogswetering, de Raam, de stadswateren in ’s-Hertogenbosch en Oss en in diverse beken langs de Maas. Op plaatsen waar ze nu nog niet gespot zijn, is het slechts een kwestie van tijd. Meer informatie vind je in een dagbladartikel op onze website.
Hoe leeft de bever?
De bever graaft zijn hol altijd vlak onder de waterlijn. Van daaruit graaft hij een gang schuin omhoog. Daar bouwt hij vaak grotere kamers. Zo’n holencomplex, oftewel burcht, (tot 2 meter hoog, doorsnee tot 10 meter) is meestal de verblijfplaats van een ouderpaar met 2 tot 4 jongen en enkele pubers.
Beverdammen
Waarom bouwt de bever dammen?
Een wisselend of een te laag waterpeil in de sloot, bijvoorbeeld door droogte, vinden bevers niet fijn. Want ze willen de ingang van hun hol immers onder water houden. Oplossingsgericht als ze zijn kunnen ze het waterpeil, ten gunste van zichzelf, beïnvloeden met de bouw van een dam. Hetzelfde doen ze als ze een bepaald gebied onder water willen laten lopen om makkelijker toegang te krijgen tot voedsel. Best logisch, want bevers zwemmen veel liever dan dat ze lopen.
De bever is vooral in de nachtelijke uurtjes actief en bouwt dan dammen met takken, boomstammen, modder en stenen. Vanwege de impact van dammen op de omgeving wordt de bever ook wel landschapsarchitect of waterbouwkundig ingenieur genoemd. Maar we zijn niet altijd blij met de bouwwerken.
Welke problemen kunnen beverdammen veroorzaken?
- Beverdammen in sloten kunnen zorgen voor opstuwing. Water stroomt dan niet meer dóór naar het gebied verderop waar de waterloop kan droogvallen.
- Ook kan een dam in een beek een belemmering vormen voor vismigratie.
Wat zijn oplossingen?
Bij zorgelijke situaties krijgen we van de provincie een machtiging om de dam te verwijderen. En als bevers na het verwijderen van een dam ter plaatse opnieuw een poging wagen, leggen we een beaverdeceiver aan: een buis door de dam heen. Dan kan het water weer doorstromen en zakt het achter de dam weer tot het gewenste niveau.
Zijn er ook positieve invloeden?
- Als water wordt vastgehouden door een beverdam kan dat een prima middel zijn om droogte te bestrijden.
- Er kunnen meer poelen of een moerasgebied ontstaan, wat gunstig is voor de ontwikkeling van vissen (afzet van eieren), amfibieën, libellen, watervogels en waterplanten.
- Op het dode hout onder water groeien algen. Dit trekt waterinsecten aan. En vissen vinden hier voedsel en een plek om te schuilen.
Beverholen en -burchten
Op welke locaties kunnen beverholen en -burchten gevaarlijk zijn?
In de oever van een sloot of beek
Als het waterpeil stijgt, en een burcht loopt vol, kan het zijn dat de bever de verblijfplaats verhoogt met bijvoorbeeld takken. Als het waterpeil dan toch nog verder stijgt en de takken wegdrijven, graaft de gepassioneerde bouwer vaak een nieuw hol, vlak onder de nieuwe waterlijn. Dat maakt dat je soms een gatenkaas aan holen in de oever van een sloot of beek ziet. En als ter plaatse een aannemer rijdt met bijvoorbeeld een maaier of een boer met een tractor, kan de oever zomaar instorten en het voertuig omkiepen. Dat is al een paar keer gebeurd, gelukkig tot nu toe zonder persoonlijke ongevallen.
Als op de oever ook wandel- of fietspaden of wegen liggen, en de bever heeft daaronder zijn verblijfplaats, dan kan dat gevaarlijk zijn voor alle weggebruikers.
In een dijk
Als het op graven aankomt zijn bevers onvermoeibaar. Ook al hebben ze een goed verblijf gefikst in een steile oever van een rivier, wiel, beek of sloot, dan is het niet gezegd dat ze daar blijven. Ze kunnen ook hun zinnen zetten op een dijk. Een gevaarlijke situatie kan ontstaat als bij hoogwater de uiterwaarden onder water lopen. Als dan ook de beverholen vollopen, zoekt de bever hogerop een nieuw onderkomen. Als hij al zwemmend bij de dijk uitkomt, kan het zomaar zijn dat hij daarin, onder de waterlijn, een nieuw verblijf graaft. Een ander scenario is ook denkbaar, waarbij de bever de dijk oversteekt en binnendijks een sloot opzoekt om de hoogwaterperiode uit te zitten. Wat dan meestal betekent dat hij een nieuw onderkomen graaft.
Bij spoordijken
Spoordijken kunnen ook ondermijnd worden door bevergraverij. Dat gebeurt vooral als er sloten in de buurt liggen waar de bever al actief is. Ook hier kan hoogwater een reden zijn voor bevers om de spoordijk in te vluchten.
Welke maatregelen zijn er?
Allereerst is het belangrijk te weten dat de bever in Europa een beschermde diersoort is. Verstoren, verjagen, vangen en doden van bevers is verboden volgens de Wet Natuurbescherming. Ook de leefomgeving van de bever is beschermd: beverholen, dammen, burchten en zelfs hun voedselvoorraad. Wat mogen we dan wel?
- We volgen het provinciale beverprotocol en alleen bij een veiligheidskwestie kunnen we een machtiging aanvragen bij de faunabeheereenheid van de provincie en mogen we de holen uitgraven en weer opvullen met klei. Voor beheer en onderhoud hebben we een ontheffing op voorhand.
- Onze dijkbeheerders en medewerkers beheer en onderhoud houden inspecties op locaties waar we denken dat de bever leeft. Ook onze muskusrattenbestrijders controleren tijdens hun inspectieroutes op beversporen. Bij hoogwater komt er zelfs een speciaal getrainde beverpatrouille in actie. Ook zetten we snorkelaars in om holen onder de waterlijn op te sporen.
- We onderzoeken de inzetbaarheid van honden, onder andere om te checken of er nog bevers in een hol zitten dat we willen uitgraven en opvullen met klei. Ook onderzoeken we of honden getraind kunnen worden om (lege) holen op te sporen.
- Samen met studenten van de Technische Universiteit Eindhoven onderzoeken we detectietechnieken om beverholen op te sporen.
- Een manier om de dijk te beschermen tegen graverij is het inbrengen van een damwand in de dijk of verticaal beverwerend gaas onder de grasmat. In 2022 deden we dat al bij Empel. Meer informatie vind je in dit artikel. En op deze pagina over de bever in het kanaal van Deurne.
- Een bever wil wel eens doorzwemmen als de oever van de sloot niet aantrekkelijk is ingericht. Op naar een fijnere plek! Met deze wetenschap kunnen we iets. Op locaties waar we bevers willen weren, maken we het expres onaantrekkelijk; we verwijderen bomen en struiken langs het water en we maken de waterkant minder steil. En daar waar de bever wel welkom is, maken we de plek zo aantrekkelijk mogelijk.
Een speciaal voor de bever ingerichte leefomgeving
- Met de Zoogdiervereniging ontwikkelen we drijvende hoogwatervluchtplaatsen, voor in de uiterwaarden zoals bij de Meanderende Maas. Als de uiterwaarden volstromen hopen we dat de bever naar de hoogwatervluchtplaatsen gaat in plaats van naar de dijk. Meer informatie vind je op de website van de Zoogdiervereniging.
- De bever is een beschermde diersoort en mag dus niet worden gedood. Toch biedt het huidige beverprotocol (pdf, 1 MB) in onze provincie de mogelijkheid om bevers te doden. Maar alleen als de bevers tot grote maatschappelijke problemen leiden en als blijkt dat alle beschikbare opties om het probleem op te lossen niet werken. Het doden van bevers is echter zelden een oplossing omdat een territorium dat vrijkomt binnen de kortste keren weer wordt ingenomen door andere bevers. Doden is hooguit een optie als tijdelijke maatregel, als een permanente oplossing niet snel te realiseren of te kostbaar is. En dit dient altijd samen te gaan met preventieve maatregelen zodat in de toekomst niet opnieuw hetzelfde probleem ontstaat.
- Als het gaat om een lange(re) termijnoplossing is het altijd beter om het gebied zodanig in te richten dat het én veilig is voor de mens én aantrekkelijk voor de bever. Hierbij proberen we gebruik te maken van het territoriale gedrag van de bevers. Een voorbeeld: als een beverfamilie nabij de dijk, op een veilige plek, een burcht heeft, houden zij de dijk veilig door alle andere bevers uit het territorium te verjagen. Dat doen ze altijd, desnoods met geweld.
- De meest kostbare en ingrijpende maatregelen proberen we zoveel mogelijk mee te laten liften met inrichtingsprojecten zoals de dijkversterkingsprojecten Cuijk-Ravenstein, Ravenstein- Lith, Lith-Bokhoven en Doeveren.
Wie is verantwoordelijk voor de bever?
De bever is een wilde, beschermde diersoort. Omdat de bever niemands eigendom is, kan geen organisatie verantwoordelijkheid nemen voor de activiteiten van het dier. De provincie is als bevoegd gezag voor de Wet natuurbescherming verantwoordelijk voor het handelingsperspectief bij de omgang met bevers.
Wat kun je doen als je graverij van een bever ontdekt?
Je kunt dit melden bij de terreineigenaar. Dit kan ons waterschap zijn, een gemeente, een natuurbeheerder of een particulier. De terreineigenaar is verantwoordelijk voor het herstel van schade op eigen perceel en dus ook voor de kosten. Soms is er een gezamenlijk belang. In dat geval kan het probleem door meerdere partijen sámen worden aangepakt.
Is er een schadevergoeding voor de agrarische sector?
Voor agrariërs is een fonds ingericht voor compensatie voor geleden schade door wilde dieren: www.faunaschade.nl. Voor beverschade kan hier alleen in specifieke gevallen aanspraak op worden gemaakt.
Waar kun je terecht met vragen over bevers?
Voor vragen in relatie tot dijk en sloot kun je bellen met ons waterschap, telefoonnummer: 088-17 88 000. Voor andere vragen kun je terecht bij de provincie of Faunabeheereenheid Noord-Brabant. Veel informatie vind je ook op de website van kenniscentrum bever. Als je een gewonde bever ziet, kun je de dierenambulance bellen. Dode dieren kun je melden bij het Dutch Wildlife Health Centre. Meer informatie over het opruimen van dode dieren vind je op deze webpagina van Ducth Wildlife Health Centre.
Vragen? We helpen je graag!
- Telefoon
- 088 - 17 88 000
- info@aaenmaas.nl